Goedendag,

Op de molendag in Raamsdonksveer ontmoette ik Nelly Sonneveld die ook een goed hart bleek te hebben voor De Landzicht in Heerjansdam. Ik beloofde haar deze vrijdag eens te komen buurten op haar molen De Arend in Zuidland. Zo gezegd zo gedaan hoort wel een beetje bij mij dus hedenmorgen trok ik de stoute schoenen aan en vertrok naar De Arend. Tegen half elf kwam ik aan, net op tijd om Nelly te assisteren bij het inspannen van de molen.

Inpandig was molenaar John Wijnhoven druk doende met andere zaken en liet ons onze gang gaan. Het oog kan zich niet onttrekken aan de bouwwerkzaamheden bij de molen en het laat zich raden wat de reacties waren toen ik de vraag opperde wat iemand bezielt om zó dicht op een molen te willen bouwen.

Tijdens het kruien en opzeilen wees Nelly mij op wat nietige maar interessante details. Potroeden uit 1877, dat was wel duidelijk te zien. Maar ze doen het nog steeds en zo zie je maar, zuinigheid en vlijt bouwt molens als Kamelen! Ook de bliksempik werd onder mijn aandacht gebracht en het is inderdaad een nieuw detail voor mij. Niet vreemd, want nog heel veel is nieuw voor mij in deze molenwereld.

Weer naar binnen en de inhoud eens bekijken samen met Nelly. Veel riemen en een verzameling bijzondere machientjes om te malen, te pletten, te breken etc. helemaal bijzonder vond ik de Oostenrijkse buil. Wat een mooi, functioneel apparaat.

Bij de koffie, een “herkansing” van John, kwam zijn eigenlijke beroep ter sprake. Oliekoker bij Shell. Leuk als je zelf dertig jaar op raffinaderijen hebt gezwoegd.

Intussen was het een gestadig komen en gaan van klanten en het werd mij in die korte tijd wel duidelijk dat de Zuidlanders wel iets hebben met deze molen en de mensen die hem bemensen. Wat Nelly en John tijdens de lunch met een boterham van Nelly (ik was weer eens zonder fourage vertrokken, maar een vliegende kraai komt nooit om van de honger) :-) en een sappige Cup-a-Soep ook aangaven, een leuke enthousiaste groep die “het” al een paar jaar met elkaar doet.

Als Zwijndrechters hebben Nelly en ik de koppen ook nog even bij elkaar gestoken over De Landzicht in Heerjansdam. Een aantal ideeën bij elkaar gezet en binnenkort gaan wij daar eens over brainstormen. Ideeën genoeg.

Ruim na tweeën ben ik de molen af gaan zeilen terwijl Nelly nog wat vulwerk afwerkte. Ik kon het niet laten om wat van hun meel mee te nemen om brood van te bakken. Daarna ben ik huiswaarts getogen. Family affairs wachtten en het moment van vertrek met Robert om naar Haastrecht te rijden, was ook nakende.

Onderweg kon ik het niet laten om de molen in Abbenbroek te portretteren en ook de Molen van Geervliet moest eraan geloven. Er is wel enig verschil te constateren in de staat van onderhoud. Hoewel de biotoop in Geervliet wat brak is, wordt er met enige regelmaat gedraaid en dat is zichtbaar. Vanwege opgestapeld blik bij Spijkenisse besloot ik binnendoor huiswaarts te tuffen. De Dorpsstraat in Rhoon bleek evenwel afgesloten en via via moest ik mij een weg banen door de jungle van dit dorp.

Op de Zantelweg werd mijn oog getroffen door een tuin met een zee van molens. Hier móest wel een molenaar wonen. Dichterbij gekomen bleek het een verzameling van, zeg maar, fantasiemolens met één uitzondering. Aan de lezers dezes de nobele taak te bekijken welke molen gemaakt is naar een origineel. “Zomaar voor de aardigheid en naar eigen inzicht molens gebouwd”, zo vertelde de eigenaar, “behalve die ene dáár”.

Je kunt er van vinden wat je wilt, maar voor hem wás en ís het een aangename bezigheid. En een tuin vol molens, wie wil dat niet? En dat is Nederland toch óók?

Commentaar bij de plaatjes? Morgen als ik tijd heb.

http://picasaweb.google.nl/Noordkaper04/Zuidland#

Groet,

Jan.

www.althofweb.nl