Duo BarPol en de Strandmulder op pad in Noord-Holland
Dinsdag 30 december sloot het Duo BarPol het jaar in stijl af door middel van een prachtige molentocht langs een aantal Noord-Hollandse molens.
De Strandmulder - beter bekend als Garrit Hendriks uit Monster - was ook van de partij, dus dat stond bij voorbaat al garant voor een jolig dagje molentjes kijken.
Om precies 10.00 uur stonden Gerard en Garrit voor de deur. Na een kop koffie kroop het drietal in de Barmobiel en werd de TomTom ingeprogrammeerd voor de eerste bestemming, De Gouden Engel in Koedijk. Het was een uitgelezen dag om te fotograferen. Het weer was erg helder en de zon scheen volop. In combinatie met de rijp op het land konden we fantastische foto's maken, zo werd snel duidelijk.
Na een rit van een goed uur en een kwartier kwamen we probleemloos bij wat De Gouden Engel moet worden. Deze toekomstige achtkante stellingmolen komt op een bijzonder mooie plaats vlakbij het Noord-Hollands Kanaal te staan. De bouw is in volle gang en ondanks de Siberische omstandigheden (volgens een vriend van mij is het 's zomers al koud in Noord-Holland, laat staan in de winter) waren twee molenmakers van Poland aan het werk. Welke Poland van de twee werd ons niet helemaal duidelijk. Dat doet er verder ook niet toe, want het belooft een prachtige molen te gaan worden. Het achtkant staat al overeind naast de stenen onderbouw waaraan nu werd begonnen met het maken van de stelling. Ook is de kap zo goed als klaar. De askop heeft een Zaans geschilderd motief. Het achtkant is fors en gedrongen en heeft flinke uitbrekers. Ik hoop en denk dat het een plaatje van een molen wordt.
Vlakbij De Gouden Engel staat de Sluismolen. De molen stond begrijpelijkerwijs stil (er was hoegenaamd geen wind). Hoewel er een auto voor de deur stond belden we toch maar niet aan bij Andreas. Voor je het weet bel je iemand uit zijn bed. Wel konden we wat winterse foto's nemen, dus dat deden we dan ook maar. Ook bij de iets verderop staande De Viaan was geen activiteit te zien, behalve dan het wapperen van de eeuwige vlag achterop de kap. Bij De Viaan zie je de bomen helaas steeds hoger worden. Op zoek naar een eetgelegenheid reden we een klein stukje door de rand van Alkmaar en tot onze stomme verbazing zagen we al snel een binnenkruier opdoemen. En nog één! En nog één! En nog één! Zaten we dan al bij de Strijkmolens in Oudorp?! Dat moest dus wel. Ook ‘t Roode Hert werd gepasseerd, waarbij Bar stiekem even de auto stopte, het raampje opendeed en als een bliksemschicht een foto maakte en meteen weer doorreed. De onrust nam ietwat toe toen in Oudorp geen snackbar was te vinden. Vergelijkingen met een eerder avontuur in Ammerzoden (“Ammerzootje”) werden dan ook gemaakt. Uiteindelijk vonden we een goede eettent langs een doorgaande weg in Oudorp. Na een overheerlijk patatje met Van Dobben-kroket was het hoog tijd de blaas te ledigen, zeker met deze temperaturen. Alleen, waar? Een zoektocht door de snackbar leverde alleen een deur met ’Privé' en een sigarettenautomaat op. Heel fijn!
We vervolgden de weg richting Bergen. Voor de goede orde: Bergen in Noord-Holland en niet Bergen in Noorwegen, maar dat zal duidelijk zijn. Na enkele honderden meters sloegen we rechtsaf en speelden voor bestemmingsverkeer voor een fotostop bij de Bosmolen. Deze vrij grote binnenkruier staat prachtig in een vrij landschap, omgeven door vogelreservaten. We konden niet dichtbij de molen komen door een afgesloten hek, maar we konden wel goede foto's van afstand maken. Enige dissonant in het tafereel was een soort lelijke bolderkar die op de “oprijlaan” naar de Bosmolen stond. Het kostte enige moeite het ding buiten beeld te houden bij het fotograferen.
De Philisteinse Molen bij Bergen moest de volgende stop worden, maar ondanks een flinke omweg langs het prachtige duinlandschap kwamen we niet verder dan zo'n 500 meter van de molen. Dichterbij konden we niet komen met de auto. De Wimmenumer bij Egmond staat niet veel verder, maar gelukkig hadden we daar meer succes. Het oprijpad was voorzien van een hek, maar het hek was niet afgesloten. Onder het mom van ‘Eric vindt het vast wel leuk dat we komen’ reden we richting het Wimpie. Na bijna de bodemplaat van de Barmobiel te hebben verspeeld, we zowat uit de auto hobbelden en we bijna van het pad afgleden kwamen we tot bijna in de molen zelf. Eric heeft het erg mooi voor elkaar. De biotoop is in één woord schitterend! Ik heb zelden een mooiere molenomgeving gezien (en ik heb er de laatste vijf jaar veel gehad). De Wimmenumer zelf is ook een snoepje van een molen. Ik heb er bijna geen woorden voor hoe mooi het er is. Jammer genoeg was Eric net niet aanwezig, maar voor de volgende keer: we weten je nu te vinden!
Op de terugweg naar Alkmaar stopten we voor een wandelingetje naar de Robonsbosmolen met dat aparte haspelkruis. Helaas konden we het haspelkruis niet van de voorkant bekijken omdat de molen hiervoor ongunstig op de wind stond. En om nu zo maar het hek over te stappen is ook niet wat we wilden.
Ondanks dat er toch aardig wat binnenkruiers vlakbij elkaar staan, lijken ze geen van allen op elkaar. Zo heeft de Robonsbos een hoge onderbouw en voor een binnenkruier een vrij slank achtkant. Het haspelkruis oogt nogal vreemd omdat de einden op de roeden niet in één lijn staan. De omgeving viel me op zich nog mee, maar dat is misschien verraderlijk omdat de bomen nu kaal zijn. Toch heeft de molen nog een ruime vrije hoek.
De Groetermolen was de volgende halte, maar omdat we de L-Q bij Burgervlotbrug passeerden stopten we daar ook uiteraard even. Ook dit is een fraaie binnenkruier en zichtbaar oud van constructie. De molen staat erg markant langs de provinciale weg, maar verder zo goed als vrij in het landschap.
Aan de Groetermolen zijn blijkbaar de fokken vernieuwd en was men nog bezig met het opknappen van het hekwerk. Van het onderstaande end ontbrak het onderste deel van de heklatten en op de horizontaal staande roede waren de groen uitgeslagen zeilen vreemdsoortig overdwars opgerold. Bar noemt de Groetermolen altijd een ‘dik, klein proppie’ en dat is het eigenlijk ook. Met de zon op de achtergrond konden we fraaie tegenlichtopnamen maken. De molen stond er al met al beter bij dan anderhalf jaar geleden, de laatste keer dat ik hier was. De Groet staat weer lekker strak in de verf, maar ergens heb ik het idee dat dit molentje niet veel in beweging komt. Misschien dat Klaas (Zaal) of Eric hier meer over weet.
Niet ver van de Groetermolen staat de Hargermolen en dat was dus het volgende doel. Deze molen staat dichterbij de zeewering aan de kust. Het landschap is ook hier adembenemend mooi. Het strijklicht gaf het nog een extra dimensie. Bij de Hargermolen viel meteen op dat er op het erf nogal wat is gesnoeid, waardoor de molen veel beter is te fotograferen vanaf de ‘straat’. Hij staat er werkelijk prima bij! Ook hier hadden we te maken met tegenlicht, maar dat gaf nu juist een mooi effect aan de foto's. Tegenlicht hoeft niet altijd nadelig te zijn (denk maar aan foto's bij zonsondergang!).
We besloten ergens te gaan opwarmen met een bak koffie en een stuk appeltaart. Ik wist nog wel een zaakje in Schoorl, maar in plaats van Schoorl kwamen we uit in het dorpje Groet. Na wat gepuzzel kwamen we toch in Schoorl terecht. Van een mooi, klein houten kerkje net achter de duinen maakte ik nog een foto. We waren er nu immers toch! In de dorpsstraat van Schoorl was het ook buiten de zomer een geweldige drukte en het lukte dan ook niet een parkeerplaats te vinden. Na veel gemopper in de auto reden we maar door naar Bergen, onderwijl nog een glimp van de Kijkduin tussen de bomen door opvangend. Het dorp Bergen is een absolute aanrader. Dwars door de nauwe straatjes kwamen we bij de ring rond de Ruïnekerk, een merkwaardig bouwsel van een bestaande complete kerk met restanten van een oudere kerk/klooster/burcht(?) Als voorportaal van de huidige kerk is een houten huisje gebouwd dat een beetje Zaans aandoet. In een mooie zaak tegenover de ingang van de kerk bestelden we appel-notentaart met cappuccino en/of warme chocolademelk. Hier konden we eindelijk ook een normaal toilet bezoeken.
Het begon al wat te schemeren, maar dat weerhield ons er niet van een poging te ondernemen de Damlandermolen te zoeken. Volgens de kaart moest deze molen vlak onder het dorp staan. De TomTom wees dat ook uit; slechts ongeveer 1,5 kilometer van het centrum. De Damlander was al snel gevonden en bleek verrassend dicht bij de bebouwde kom te staan. Niet zò dicht dat hij veel last zou hebben van de bebouwing, maar dat is helaas niet ter sprake gezien de staat van de molen. Het is een triest gezicht zoals hij er bij staat. Het wiekenkruis hangt bijna voorover, althans wat er zo langzamerhand van overblijft.
Het hekwerk is inmiddels erg aan verval onderhevig. De molen en zijn omgeving zien er nogal verwaarloosd uit. Gelukkig was het nog net licht genoeg om nog wat foto's te maken, ook van de Philisteinse Molen aan de horizon met de dieprode ondergaande zon erachter.
Draaiende molens hebben we nergens gezien, ook niet onderweg, maar dat was geen verrassing gezien het feit dat er nagenoeg geen wind was.
Toch heb ik het deze dag nauwelijks gemist. De schoonheid van het winterse landschap en de fraaie plaatjes ervan maakten het ruimschoots goed.
Rob P.