Willem, een reactie naar mijn hart!!
Met vriendelijke groet,
Johan van Dijk
www.jtvd.nl
Geachte heer Hoofs,
1.Ik geloof niet dat het Molenplaform bedoeld is voor het spuien van kritieken op het molenbeleid , maar bedoeld is voor
kennisuitwisseling betreffende restauratieproblematiek e/a.
1a.Wellicht dat het goed zou zijn voor de discussie als er meerdere spelers of stromingen in het veld zouden zijn, de gehele vn.
discussie is gevoerd door de RCE/ de Hollandsche molen, hetgeen niet wil zeggen dat daarmee recht is gedaan aan alle
gevoelens in het molenspeelveld.
1b.Bij onoverkomelijke bezwaren op het thans gevoerde molenbeleid staat het iedereen vrij om hier tegen te ageren, of een
vereniging, stichting of anderszins te stichten of op richten.(we leven per slot van rekening in een democratie)
Arie.
Willem Roose Schreef:
——————————————————-
> Dat je je opponenten nu echter als simpelen van geest neerzet, is onfatsoenlijk en een discussie op basis van argumenten onwaardig.
> Voorstanders van het nieuwe molenbeleid hebben ook zo hun argumenten die – al beredenerend – evenzo tot stand zijn gekomen op basis van een intellectueel denkproces.
Had ik persoonlijk ook weloverwogen geschrapt. (je mag het wél denken natuurlijk)
> Willem Roose (die er een genuanceerde mening op nahoudt)
.. maar ze niet vermeld. ;-)
Nogmaals als je een vent bent kom je donderdagmiddag naar Amersfoort. Je hoeft het niet met alles eens te zien maar de medewerkers persoonlijk spreken levert de dialoog op en ik heb gemerkt dat men van goede wil is en men echt wel luistert. Als je al langer meeloopt weet je hoe gesloten de dienst vroeger was en niemand te bereiken was. Een veel gehoorde klacht indertijd van moleneigenaren en molenmakers.
Heden ten dage zie je medewerkers van de dienst op vergaderingen, bijeenkomsten en dergelijke. Verder zijn het geen mensen die komen werken omdat het moet maar allen hebben liefde voor de molens en monumenten. Dat men soms een koers kiest die niet in ons voordeel is dat is helaas zo. Een sterke lobby vanuit DHM, GVM en andere clubs kan dan veel bereiken.
Maar nogmaals jouw harde kritiek doet geen recht aan het werk wat men daar doet in al haar oprechtheid. Tot donderdag!
Is allemaal misschien wel waar, en misschien niet leuk, maar is het nou echt heel belangrijk in dit geval?
Iemand schreef (zie reactie Pieter Merselo 17/9/14) in een artikel als reactie op een brief van Frank Terpstra, dat de monumentenstatus van belang zou zijn voor het behoud, uit oogpunt van bescherming. Maar is dat wel zo? Zie voorbeelden in NL van crepeergevallen onder de molens, die in particuliere handen totaal verwaarloosd worden. Er is geen enkele bescherming, tot de eigenaar een sloopvergunning gaat aanvragen. Pas dan wordt er over nagedacht. Tot die tijd kan die eigenaar zo'n molen laten vervallen tot bij wijze van spreken een sloopvergunning niet meer nodig is, en niemand die er een poot naar uitsteekt. Zeker RCE niet.
Ook wordt gesteld dat het de waardering is voor de inspanningen van de gemeenschap, en dat de mogelijkheid om aanspraak te maken op subsidies geen rol van betekenis zou spelen (tenzij ik het verkeerd begrepen heb), maar daar geloof ik dus geen barst van. Er wordt ook zoiets genoemd als de leeftijd van het materiaal, dat minstens 50 jaar oud moet zijn voor monumentenstatus, en daar voldoet dan zogenaamd geen molen aan. Toch vreemd dat veel molens vaak ouder dan 100-150 jaar zijn en dat een groot deel van de constructie wel uit de bouwtijd stamt. Een beetje achtkant gaat echt wel langer dan 100 jaar mee.
Het gaat allemaal om beleid en argumentatie, en de uitwerking daarvan lijkt toch vaak op volslagen willekeur. Het is mij niet duidelijk waarom RCE wel instemt met de verplaatsing van de molen te Beesel, maar niet (in eerste instantie, en ook nog met dreiging van verlies van monumentenstatus) met verplaatsing van de Nachtegaal te Middenbeemster. Dan kun je stellen dat de omstandigheden in Beesel het nodig en acceptabel maken (boel loopt regelmatig onder water en dat is funest, en de molen staat toch al niet meer op de originele lokatie), maar de beemster klei is 50 meter verder echt niet anders dan op de originele plek van de Nachtegaal. Dat er dan een andere fundering onder zit is duidelijk, maar dat had opgelost kunnen worden (verhuis ook de fundering mee, of bouw deze zoals het origineel ook is en niet van beton met een laagje bakstenen erom).
Ik heb al eens eerder betoogt dat de eigenaren van de molen te Burum niet moeten janken maar gewoon verder gaan zonder monumentenstatus. Zeker als het argument “subsidie” zo van belang wordt geacht (en dat vermoed ik wel) zou ik er niet bang voor zijn. Die molen is nu gloednieuw en met een beetje goede exploitatie en onderhoud/beheer kun je het onderhoud voor de komende 50 jaar wel bekostigen schat ik zo.
Succes,
Andreas de Vos
Grappig dat de reactie van Jacqueline Brauwers op mijn artikel over Windlust hier door Pieter Merselo is geplaatst en niet de tekst van het artikel zelf.
Andreas de Vos zijn bijdrage van 17/09/2014 15:30 onderschrijf ik: ook zonder status als (rijks)monument heeft Windlust een toekomst.
Hieronder dan de tekst van het artikel:
_________________________________________
Waardeer nieuwe Windlust om huidige waarde
Erfgoed kan heel wat los maken. De discussie over de monumentenstatus van molen Windlust in Burum toont deze emotie in alle hevigheid. Zonder de gedrevenheid van de stichting die de molen bezit en heeft laten herbouwen en het enthousiasme van het dorp was de molen niet herbouwd. Aan de andere kant zijn er honderden monumenten - ook molens - waar bijna niemand interesse in heeft, die echter historisch zeer waardevol zijn. Monumentenzorg is ervoor om te zorgen dat historisch waardevolle objecten, ook die waar bijna niemand naar omkijkt, in stand blijven voor de toekomst. Zonder bescherming en financiële steun van overheidswege zou het generaties overschrijdende proces van monumentenzorg een bijna onbegonnen zaak zijn. Monumentenzorgers hebben ook de taak om de bijzondere en onvervangbare waarde van erfgoed te duiden.
Voor de catastrofale brand in 2012 was Windlust een historisch uitzonderlijk gave en waardevolle molen. Ik heb meerdere keren de oude molen bezocht. Ik was zeer onder de indruk van de geschiedenis dat het moleninterieur aan zich liet aflezen. Windlust was uniek door de combinatie van historische inscripties, historische bouwsporen en ook latere onderdelen als oude elektrische werktuigen waarmee het vroegere maalbedrijf de laatste decennia heeft gefunctioneerd. We zijn via de beelden van de brand allen getuigen van het feit dat deze eigenschappen in enkele ogenblikken onomkeerbaar zijn vernietigd.
Ook al is de nieuwe molen qua maatvoering een kopie van de oude geworden, de voornoemde onvervangbare bouwsporen en historische details zijn niet repliceerbaar. Ook als de nieuwe molen 100 jaar oud is, zullen de historische sporen van het vroegere maalbedrijf niet zijn teruggekeerd.
De discussie over de monumentenstatus van de nieuwe molen gaat over de plaats in het landschap, het kunnen functioneren als werktuig en de betekenis voor de huidige samenleving. De nieuwe molen draagt juist deze waarden nog meer dan de oude. Door de enorme betrokkenheid van het dorp en vele anderen is Windlust na de brand nog meer een icoon voor hen geworden. Echter, moet een vrijwel geheel nieuwe en repliceerbare molen daarom van rijkswege beschermd en gesubsidieerd worden? Dit terwijl het behoud van de wel historische molens een grote opgave is voor de toekomst? Er is daarbij gebrek aan geld, menskracht en inhoudelijke interesse. Maar het gaat ook over het principe: Wat is een monument?
Wanneer we weer kijken naar alle monumenten - inclusief molens - die we rijk zijn, dan moeten we constateren dat veel monumentenbezitters zouden dromen van de aandacht die Windlust nu heeft. Anders gezegd: veel historisch waardevolle gebouwen moeten het doen met heel wat minder fans. Moeten we met monumentenzorg de kant op willen van Idols? Ik stel van niet. Moeten we een molen als Windlust dan niet koesteren? Natuurlijk wel, maar wel vanuit zijn eigen waarde. De historisch onvervangbare Windlust uit 1787 is in 2012 in een oogwenk voorgoed verloren gegaan. Deze tragiek draagt de monumentenzorg, net als het leven zelf, ook in zich. Windlust heeft anno 2014 geen bescherming nodig vanuit de landelijke overheid als onvervangbaar historisch artefact, maar heeft als gemeentelijk en lokaal bouwwerk een eigen betekenis.
Frank Terpstra
_________________________________________
Mijn reactie op de reactie van Jacqueline Brauwers:
Jacqueline Brauwers, bestuurslid van de stichting die Windlust bezit en met veel inzet heeft laten herbouwen, schrijft dat erfgoed emotie is. Ik heb echter genoemd dat erfgoed heel wat kan losmaken. Een kleine nuancering…!
Een tweede opmerking: de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed schrijft niet dat wanneer bij molens het criterium gehanteerd zou worden dat het materiaal minstens 50 jaar oud moet zijn, er geen enkele molen op de monumentenlijst zou staan. De Rijksdienst schrijft op blz. 39 van Een Toekomst voor Molens :
“Voor molens werd geregeld een beredeneerde uitzondering gemaakt: vaker dan bij andere monumenten waren reconstructies en completeringen bij molens aan de orde, en molens kennen in sommige opzichten vaak terugkomende deel-restauraties. Een voorbeeld daarvan is de staart, waarvan de levensduur gering is. Het verdient aanbeveling onderhoud zo structureel en kwalitatief goed uit te voeren dat omvangrijke, vaak kostbare restauraties onnodig zijn, of tenminste niet vaker dan een enkele keer per eeuw plaatsvinden. Voor andere monumenten wordt een frequentie van eens in de dertig tot vijftig jaar aangehouden.”
Hoofddoel bij rijksmonumentale molens is voor de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed wel degelijk behoud van historische bouwmassa. Belangrijke onderdelen van zowel het staande als het gaande werk van de in 2012 verbrande Windlust bestonden uit onvervangbaar materiaal en stamden uit 1787. En stamden uit latere, niet repliceerbare gebruiksperioden waarin de molen heeft gefunctioneerd als economisch productiemiddel.
Ik ben benieuwd welke status de molen uiteindelijk krijgt. Dat is uiteindelijk de uitkomst van de mogelijke democratische en juridische processen die de eigenaar nog kan, wil en gaat insteken.
Vast staat dat Windlust anno 2014 geen bescherming nodig heeft vanuit de landelijke overheid als onvervangbaar historisch artefact. De simpele reden is dat de nieuwe molen geen onvervangbaar historisch artefact is, maar een vervangbare molen.
Ik wil hier toch nog wel wat aan toevoegen.
Monumentenstatus biedt:
- mogelijkheid voor subsidie op de instandhoudingskosten (onderhoud/restauratie);
- bescherming op grond van de monumentenwet (formeel moet je vergunning aanvragen voor veranderingen, met advies van RCE, waarbij de gemeente de vergunning verleent, al dan niet gehoor gevend aan dat advies);
- mocht je hem willen slopen moet je ook vergunning aanvragen, te verlenen door gemeente, waarbij RCE advies geeft.
- een waardering voor de monumentale waarde, hoe bepertk/uitgebreid die dan ook maar is. Veel molens zijn alleen maar monument omdat ze een molen zijn, zonder specifieke beschrijving van de uitzonderlijk waardevolle aspecten van die molen.
Verder doet een monumentenstatus en RCE helemaal niets!
- onderhoud is niet gegarandeerd, daar heb je een eigenaar voor nodig met de juiste instelling;
- molenbiotoop wordt niet beschermd, daar heb je een welwillende gemeente, omgeving en eigenaar/molenaar voor nodig die dat wil behartigen.
Kortom, voor elke molen, of welk ander monumentaal iets dan ook, valt of staat het beheer, onderhoud en behoud, met het “karakter” van de eigenaar/beheerder/omgeving. Zolang de eigenaar/beheerder/omgeving wil dat die molen er picobello bij staat en de molenbiotoop goed genoeg is (of blijft, of wordt) dan komt het goed. Monumentenstatus speelt daarin geen enkele rol.
In dat opzicht zou je kunnen stellen dat de nieuwe molen te Burum waarschijnlijk beter beschermd is dan de meeste monumentale molens.
Om het nog anders te stellen: ik hoor wel eens bezoekers vragen/zeggen: monumentenzorg (doelend op RCE zonder te weten dat die zo heten) zorgt toch voor het onderhoud en zo? Nou, monumentenzorg doet helemaal niets, behalve regels stellen en gelukkig een stuk subsidie voor de onderhoudskosten beschikbaar stellen. Maar het is de eigenaar, met hulp van vrijwilligers, die feitelijk de zorg heeft en bekostigt. Om dat optimaal te kunnen doen heb je steun en draagvlak vanuit de omgeving nodig. Lijkt me dat dit in Burum nu wel optimaal is.
Hoe je het wendt of keert, de roep om monumentenstatus blijft voor mij nog steeds een roep om de mogelijkheid voor subsidie, want de rest is niet echt relevant. Alle vormen van erkenning van de prestatie (die absoluut niet gering is!), daar heb je geen monumentenstatus voor nodig, die heeft de gemeenschap in Burum - en deels buiten Burum - zichzelf al gegeven. Net zoals ze zelf die bescherming moeten geven.
De eigenaar van die molen mag natuurlijk zijn best blijven doen om toch die monumentenstatus te verkrijgen, maar eerlijk gezegd vraag ik me af of ze de tijd, inspanning en energie niet beter kunnen gebruiken voor het opzetten van een goed financieel plan en exploitatieplan, waarmee de toekomst van die molen gewaarborgd is zonder subsidie van RCE. Immers, om die te krijgen kost ook wat…
Groeten en succs,
Andreas de Vos
Weet je zeker dat je deze post als spam wil rapporteren aan de beheerder?
Deze post wordt als spam gerapporteerd aan de beheerder van het forum. Bedankt!
Weet u zeker dat u dit topic wil verwijderen?