N.a.v. diverse reacties op de prikpagina over De Gouden Engel het volgende:
De Gouden Engel beoogt geen replica van welke molen dan ook te worden. Hij is bedoeld als verfraaiing van het dorp en als herinnering aan de molen die tot 1930 zo'n 70 m noordelijker stond. Het geheel belooft een mooi complex te worden: de maalderij uit 1866, het kantoor (de vroegere knechtswoning uit 1871 zowel in- als uitwendig gerestaureerd), de (overgeplaatste) oudste koolschuur van Koedijk uit 1891 en de nieuwe molen met daarnaast nog een ontmoetingsruimte. Ik zeg uitdrukkelijk nieuwe molen, want er zal op geen enkele wijze gesuggereerd worden dat het een oude is. Dat is ook niet nodig. De oude zijn ook ooit nieuw geweest. Niks geen geschiedvervalsing dus. Het streven naar het uiterlijk van een verplaatste Zaanse molen is een concept: je had ook kunnen kiezen voor herbouw van een standerdmolen die er ooit blijkens oude landkaarten heeft gestaan, maar dat is alleen al uit een oogpunt van windvang thans niet aan te bevelen. Er is gekozen voor de fraaie vorm zoals die voorkomt op de bouwtekening van een pelmolen indertijd getekend door molenmaker Ulle uit Zaandam. In Noord-Holland hebben diverse verplaatste Zaanse molens gestaan (en nog) dus het streekeigene is wat dat betreft wel gewaarborgd. En waarom zou je zo'n initiatief eigenlijk (zoals Leo Middelkoop suggereert) moeten verbieden? Wie is Leo dat hij over andermans initiatief en middelen wil beslissen? Het dorp is enthousiast, er zijn geen bezwaren, het geld is er dus waarom niet?
De link die door velen steeds wordt gemaakt met (het gebrek aan) geld voor de oude molens gaat mank: het zijn gescheiden geldstromen. Geld dat voor een herbouw/nieuwbouw wordt gegenereerd, zal bij uitblijven van die herbouw zelden of nooit worden gebruikt voor algemene restauratie, m.a.w: gevers oormerken dit geld voor “hun”molen (oud of nieuw) en zullen dat bij niet doorgaan van de plannen echt niet in de algemene middelen van de RAMC of het Rabofonds van De Hollandsche Molen storten voor het molenbehoud! Nieuwbouw gaat dus helemaal niet ten koste van het onderhoud van monumenten. (Vgl. in dit verband ook de aanzienlijke (geldelijke) steun die in Spakenburg-Bunschoten wordt gegeven voor de herbouw aldaar: die had anders echt niet in de algemene rijksmiddelen gevloeid!
Voordat tot nieuwbouw is besloten is hergebruik van vier rompen en een complete molen (inderdaad: Het Rode Hert) serieus geprobeerd, maar om diverse redenen zijn die opties niet doorgegaan.
Uiteraard wordt ernaar gestreefd de molen meer dan twee keer per maand te laten malen.
En als dan de molen is “neergescheten” (met dank aan Leo voor de uitdrukking) moet men maar eens komen kijken naar deze standaardmolen (Leo idem) en dan weer een oordeel geven.
Bart Slooten.