De spreuk zelf, het opschrift luidt : Den Heemel geeft, Wie vangd die heeft.
De tekst onder de gravure van de Moolenaar is doordrenkt van een onversneden 17e eeuws calvinisme, zwaar moraliserend en met een dreigende opgeheven vinger. Voor dit gedachtengoed bestaat ook vandaag de dag nog steeds een aanzienlijke groep liefhebbers.
De uitdrukking ‘de hemel geeft, wie vangt die heeft’ vertoont wel enige verwantschap met de bekende bijbeltekst ‘wie heeft, die zal gegeven worden’ … voor sommigen een diepe wijsheid, voor anderen een groot onrecht … maar dit terzijde. Thans wordt de uitdrukking vooral opgevat als : grijp je kans.
Wellicht hebben de gebroeders Luyken met deze spreuk ook een link willen leggen naar de werking en de techniek van de molen zelf. De molenaar was immers voor zijn inkomen afhankelijk van wat ‘de hemel geeft’ : de wind, en als hij op het juiste moment zijn molen op de wind zette kon hij daarmee de kost verdienen.
Of vangen in 1694 ook al ‘verdienen’ kon betekenen weet ik niet. Als de vraag ‘mag ik effe vange’ nu door een beginnend molenaar in opleiding wordt gesteld kun je dat als gastgevend molenaar toestaan, en dan maar hopen dat de molen het niet al te hevig te verduren krijgt. Echter buiten het molencircuit betekent dit toch vooral dat men geld wil zien.
Maar het molenvolk zal bij het ‘wie vangt’ vermoedelijk meteen aan de vang op de molen zelf hebben gedacht. Wie vangt die heeft het verdiend, het graan is erdoor, gemalen. Of wie vangt die wil geen groter risico nemen bij opkomend zwaar weer. En wie vangt doet dat met vakmanschap en beleid : niet te straf want dan zou de as kunnen breken, ook niet te vroeg omdat dan bij wijze van spreken de winst voorbij waait, maar zeker niet te laat omdat de molen dan door de vang kan gaan met kans op in brand vliegen en allerlei ander ongemak.
De prent (de afbeelding met de tekst) is op handgeschept papier te koop in de papiermolen van het Nederlands Openluchtmuseum, ook deze winter weer geopend. Grijp je kans.
Rolf Klip