Net nu je dacht dat het niet gekker kon...

  • Tony Hop

    Hoezo kunnen we hier niet tegenop? Ik heb eigenlijk nergens zien staan dat wij als molenaars (in opleiding) verplicht worden de zeilen op te hangen. Ik was het in ieder geval niet van plan, en ik denk dat menig Brabants molenaar mijn mening deelt…

    Mvgr. Tony Hop

  • Quistnix

    Eerst maar eens op de kalender gekeken…nee, het is niet eind maart, en het is ook geen carnavalstijd. Kennelijk heeft iemand dit idee dus serieus geopperd.

    Laten we het van de positieve kant bekijken:

    1. de kans op schade door laag vliegende vliegtuigen en brede of hoge vrachtwagens wordt hiermee wel een stuk kleiner natuurlijk (:P)

    2. op deze manier vallen de molens wel op natuurlijk, en een beetje reclame kan nooit kwaad.

    3. het neemt de twijfel weg wanneer je niet weet of je in N-B bent, of in een andere provincie

    4. de zeilen zien er best wel fris en vrolijk uit B)

    Maak er een mooie dag van allemaal! :)-D

  • teake

    laat ze eerst maar eens inventariseren of elke molen een brabantse vlag heeft en laat ze die maar ophangen bij of op de molen.

    en anders is te hopen dat er tijdens de dagen dat men ze wil ophangen het zo hard waait dat ze niet eens nodig zijn en dienst kunnen doen als afzettingen voor het draaiende gevlucht B)

    groeten van teake

  • Charles Stokman

    Ik heb het al eens eerder gezegd: molens zijn monumenten, geen kermisattracties.

    Weliswaar worden subsidies steeds meer afgeknepen en zullen we nieuwe geldbronnen moeten zien te vinden. Dat daarvoor creativiteit nodig is en dat dit tot gevolg heeft dat er ook activiteiten plaatsvinden welke amper een relatie met de molen(s) kent, zullen we moeten accepteren.

    Maar dat wat er nu aangekondigd is, maakt nog eens heel duidelijk dat er klaarblijkelijk een ernstig gebrek heerst aan enig historisch besef.

    Ik kan me nog herinneren van stuntmannen die zich aan de wieken lieten vastsjorren voor een “rondje molen”.

    Zulke activiteiten geven blijk dat men molens niet (meer) als monumenten ziet maar gebruikt als zijnde een kermisattractie.

    De opmerking die Jan van Woezik maakt in dit topic, is dan ook zeer begrijpelijk.

    Als zulke activiteiten inderdaad gewoon gaan worden, dan geef ik het vangtouw over aan de nieuwe generatie molenaars die molens zien als een stuk “speelgoed”…..

  • Martin E. van Doornik

    Aan de drie foto's te zien zijn het duidelijk trucfoto's. Dus nep. (net thuis van vakantie in Zweden)

  • Gert Klijnstra

    Die Friese vlag zeilen van Sipke zijn niet voor normaal gebruik bedoeld! Alleen om op speciale gelegenheden even extra aandacht te vragen en dan werkt dat uitstekend. Ik zou er niet aan moeten denken dat alle Friese molens zulke bonte zeilen zouden hebben!

  • weddermarkemulder

    Voor een bijzonder evenement zou het ik het zeker geen probleem vinden, wanneer het een goede aandacht oplevert natuurlijk. Langer dan een paar weken… neuh laat maar…

  • Martin.M

    In elk geval ben ik als brabantse molenaar bepaald niet gecharmeerd van het idee. Het bestuur van de molenstichting geeft zichzelf hiermee wel een hard bewijs van onvermogen naar mijn mening. Een totaal gebrek aan enig historisch besef. En ik kan me bijna niet voorstellen dat er een zeilmaker is die hieraan wil meerwerken en dan daarna nog verwacht serieus genomen te worden. Inderdaad lijkt het wel een 1 april grap maar dan wel een heeel slechte. Zou iemand echt verwachten dat serieuze molenaars die zeilen zullen voorleggen? Voorzie dan elke molen van een vlag en laat die wapperen. Het geld dat je dan niet uitgeeft aan dit soort idioterie kan dan besteed worden aan die projekten die wel getuigen van historisch besef.

  • Bart Hoofs

    Dag Martin,

    Elke molen heeft indertijd een Brabantse vlag met logo (het enige echte) van de molenstichting Noord-Brabant gekregen. Wellicht is die niet aanwezig op de Kilsdonkse molen? Laat het maar weten.

  • Lolke Rang

    Charles, voor de duidelijkheid: het gaat me er nu niet om, deze ‘theedoeken’-actie te verdedigen. Ik heb alleen wat moeite met die over-eerbiedige benadering door jou en anderen van een molen als monument: alsof historisch besef zonder meer zou dwingen tot de mening dat dit soort ‘disfunctioneel’ nevengebruik, hoe incidenteel ook, de molen c.q. het monument ‘ontheiligt’. Inderdaad, een molen is een monument, maar dat maakt hem nog geen heiligdom! Je kunt zelfs heel goed de opvatting verdedigen dat dat af en toe ‘recreatief’ gebruiken van een molen (als ‘kermisattractie’) historisch gezien volstrekt niets nieuws is en zelfs tot op zekere hoogte als ‘historisch verantwoord’ kan worden beschouwd.

    Twee voorbeelden van historisch kermisachtig nevengebruik van een molen dat niets met zijn functie als maalwerktuig te maken had: vroeger werden (standerd)molens eeuwenlang veel door schuttersgilden gebruikt als voetstuk voor het doelwit bij schietwedstrijden; en in de Zaan werd van de molen bij bruiloften in de familie van de eigenaar via het ‘mooizetten’ ECHT een kermisattractie gemaakt. Voor wie vindt dat deze laatste kwalificatie veel te ver gaat, heb ik een leuk citaat uit mijn tweede druk (1963) van ‘Molens’ van Stokhuyzen, pagina 99-100:

    In vele gevallen gaf men - vooral in de Zaanstreek - de vreugde op uitbundiger wijze te kennen dan met de stand van de wieken alleen. Dit was in het bijzonder het geval wanneer het een bruiloft gold. Dan werd de molen versierd met ‘mooimakersgoed’, een samenstel van allerhande eenvoudige volkskunst-versieringen, vlaggetjes, uitgeknipte harten, letters en andere toepasselijkheden, glimmende blikken platen, ringen, kransen, Amor-pijlen, zelfs bazuinende engelen-figuren en wat niet al. Ook vlocht men wel een extra stel zeilen in opgerolde toestand door de hekken heen om het geheel maar vol en druk te maken. (…) Het heeft uit folkloristisch oogpunt ontegenzeggelijk zijn bekoring, maar - eerlijk gezegd - erg enthousiast over een dergelijke versierde molen kan ik nu eenmaal nooit zijn. Zij doen mij teveel denken aan de aanblik van een mooi oud stads- of dorpspleintje waar het kermis is en waardoor het mooie karakteristieke van het geheel meestal hopeloos is bedorven. Al het mooie wordt dan brutaal overstemd door het blikkerige gedoe van de kramen en draaimolens, de kermisspullen, het lawaai en de afval die daarbij behoren; van de sfeer waarin we de gehele omgeving zo gaarne zien is dan niets overgebleven.

    Zo ook enigszins bij de versierde molens. De kermisachtige versierselen aan en om de wieken, tussen de hekken, zij maken dat er van de mooie lijn van de molen, van zijn imposant uiterlijk, niet veel overblijft en dat deze er uit ziet als een kermishondje dat men een jasje heeft aangetrokken en een soldatenmutsje opgezet. In wezen is het natuurlijk wel aardig, die uiting van vreugde, maar het doet wat onnatuurlijk aan. Als uiting van volksvreugd is het, evenals een ouderwetse kermis, interessant en daarom wel de moeite waard het als historische herinnering te bewaren.

    Kortom, we moeten zeker kritisch zijn als het erom gaat waarvoor we de molens wel en niet beschikbaar willen stellen, maar we moeten niet net doen alsof de molens in historische tijden altijd wèl met de grootste eerbied en respectering van hun uiterlijk en functie werden benaderd en behandeld, noch alsof ze tegenwoordig vanwege hun monumentenstatus een soort onschendbare tempels, wat ze historisch gezien dus juist nooit zijn geweest, zouden zijn!